De bruine kikker is een landkikker. Je kan hem dus ook tegenkomen in bossen of weilanden. Meestal zie je de eitjes in maart. Bij de bruine kikker duurt de ontwikkeling van het ei ongeveer drie weken. De snelheid van de ontwikkeling is voor een deel afhankelijk van erfelijke factoren. Voor een ander deel van de temperatuur van het water. De eieren zien er uit als een grote klont slijm met veel donkerbruine puntjes. Het wordt ook wel kikkerdril genoemd. De klont dobbert boven aan de vijver tussen de planten. Eén kikkervrouwtje kan wel 4000 eitjes afzetten. De kleine bruine puntjes in het slijm, zijn eigenlijk de eitjes. Het glazige slijm dient als bescherming van het eitje en voor het voedsel voor het pasgeboren kikkertje. De Bruine kikker doet zijn naam niet altijd eer aan. Soms ziet hij er meer groen uit dan bruin. Toch je kan de bruine kikker herkennen aan de donkerbruine vlek aan zijn kop.